Rechtenorganisaties en justitie doen de afgelopen jaren bij de preventie en opsporing van onwenselijk gedrag steeds vaker en indringender beroep op medewerking van internetaanbieders. Waar die zich vroeger konden beperken tot het faciliteren van internettoegang, moeten zij inmiddels informatie over hun klanten en hun internetverkeer vastleggen en op verzoek verstrekken aan justitie en particuliere handhavingsorganisaties als de Stichting Brein. Verdergaande verplichtingen, bijvoorbeeld om internetverkeer te filteren of om internetgebruikers af te sluiten als zij zich misdragen, liggen op de tekentafel.
Mijn stelling is dat internetaanbieders zeker een bepaalde maatschappelijke verantwoordelijkheid hebben, maar dat de pendulum inmiddels te ver is doorgeschoten en dat de meeste nieuwe voorstellen zelfs een regelrechte bedreiging zijn voor de rechten van internetgebruikers. Dat was het thema van mijn presentatie vandaag op het symposium van Sirius, de studievereniging van Utrecht Law College. Het symposium met de titel “Found you in 0.18 seconds” ging over privacy op internet. Arnout Engelfriet liet aan de hand van vele voorbeelden mooi zien hoe privacyschendingen op internet de gewoonste zaak van de wereld zijn geworden. “Privacy op internet” blijft een lastig thema, zeker voor de huidige generatie studenten die gewend zijn veel persoonlijke informatie over zichzelf op internet te delen.