Wat hebben iPhone-gebruikers en telecomtoezichthouder OPTA gemeen? Beide kregen deze week te horen dat zij blind trouw zijn aan hun kapers, respectievelijk producent Apple en de anti-glasvezellobby. In een week van tegenstellingen grijpt het Stockholmsyndroom om zich heen.
Het was een week van opmerkelijke tegenstellingen. Tienduizenden vergaderaars, demonstranten en journalisten vlogen naar Kopenhagen voor een top over klimaatverandering en wereldvrede, en veroorzaakten zodoende een recordaantal kilo’s CO-2 uitstoot en opstootjes met politie. Stressen over het opwarmen van de aarde terwijl Nederland rustig vastliep door de sneeuw.
PvdA-kamerlid Martijn van Dam betoogde terecht dat een downloadverbod niet op een maatschappelijk aanvaardbare manier te handhaven is. Hij legde niet uit waarom zijn partij de laatste jaren enthousiast heeft meegewerkt aan zo’n beetje elk wetsvoorstel dat privacy van burgers indamt. YouTube moest buigen voor het mediabedrijf van premier Berlusconi. Berlusconi moest op zijn beurt buigen voor een beeldje van de Dom van Milaan dat een gek in zijn gezicht smeet.
Nederlandse internetaanbieders gaan met de regering samenwerken aan een ‘veiliger internet’, onder meer door het preventief filteren van onwenselijke websites. Ondertussen illustreerde China dat zo’n door rechtschapen burgers redelijkerwijs niet te bestrijden ‘bescherming tegen kinderporno’ zich uitstekend leent voor politieke censuur.
Naast tegenstellingen bleek er echter ook consensus te bestaan en wel over het feit dat het Stockholmsyndroom om zich heen grijpt. De nieuwste slachtoffers zijn geïdentificeerd as telecomtoezichthouder OPTA en alle bezitters van een iPhone. Beide lijden volgens deskundigen aan het syndroom en hebben dus een onverklaarbare sympathie voor de gijzelnemers ons wiens absolute controle zijn staan en voor wie zij van hun basisbehoeften afhankelijk zijn.
Consultantsbureau Strand verwondert zich al langer over de populariteit van de in zijn ogen inferieure iPhone. Het stelde zichzelf de onderzoeksvraag “How will psychologists describe the iPhone syndrome in the future?”. Strand confronteerde gebruikers met maar liefst twintig technische beperkingen die de iPhone zou hebben. Wat bleek? iPhone gebruikers hebben een ziekelijke neiging de evidente tekortkomingen in het toestel stelselmatig onder het tapijt te schuiven. De hondstrouwe ‘fanboys’ zagen in alle ‘tekortkomingen’ juist het zoveelste bewijs van de superioriteit van hun apparaat. Geen radio op de iPhone? Die heb je niet nodig, want je kan doodeenvoudig liedjes downloaden via iTunes. Slechte ontvangst? Komt door de mobiele aanbieder. iPhone niet te gebruiken als modem voor een laptop? Waarom heb je nou een laptop nodig als je al een iPhone hebt, gekkie?
Dat iPhone-gebruikers doorgaans dik tevreden zijn met hun speeltje en daarom de tekortkomingen voor lief nemen, is inmiddels bekend. Met Stockholmsyndroom heeft dat echter weinig te maken. Ontevreden klanten kunnen gewoon overstappen naar de concurrent. Probeer dat als gijzelaar maar eens gedaan te krijgen.
Telecomtoezichthouder OPTA heeft geen kudde fanboys die elke toezichtsdaad bestempelen als briljant en revolutionair. Toch is ook bij OPTA Stockholmsyndroom vastgesteld. OPTA-voorzitter Fonteijn had in een toespraak het belang van glasvezelnetwerken gerelativeerd. De bekende telecomconsultant en -hoogleraar Van Till zag daarin het bewijs dat OPTA in de ban is van de dominante telecomaanbieders waarop zij juist onafhankelijk toezicht moet uitoefenen. Helemaal logisch is die redenering niet. Een van de grootste voorstanders van glasvezel is juist KPN, de oermonopolist tegen wiens dominantie OPTA sinds haar oprichting strijdt.
Met de uitbraak van Stockholmsyndroom valt het dus wel mee, eerder is sprake van een lichte uitbraak van journalistieke Stockholmsyndromitis. Ook de Mexicaanse griepepidemie lijkt op zijn retour. Nu alleen de Q-koorts nog.
Oorspronkelijk gepubliceerd op NU.nl.